Sheela Farm in vakblad 'Het Schaap" 2025 April
- David
- 2 dagen geleden
- 6 minuten om te lezen


Lees het artikel digitaal via bovenstaande link.
Vlaamse schapenhouder start met vakantiewoning
“Schapen zijn een ideale lokker voor hoevetoeristen”
Schapenhouder David Devrieze bouwde de oude hooizolder van een melkveebedrijf in Belgische Rumst om tot een vakantiewoning. Enkele maanden geleden arriveerden de eerste hoevetoeristen op zijn bedrijf waar hij naast een 80-tal ooien ook nog extensieve rundveerassen houdt en paarden. Devrieze is nieuwkomer in de landbouw.
‘SheelaFarm: Vakantieboerderij in Rumst, België. Onze boerderij ligt in de groene zone van het Nationaal Park 'Schelde vallei', omgeven door natuur, landbouw en tal van fietsroutes.’ Zo luidt de advertentietekst van de boerderijvakantiewoning van David Devrieze Booking.com.
Eind vorig jaar voegde Devrieze met de vakantiewoning nieuwe activiteit toe aan zijn gemengd veeteeltbedrijf dat behalve schapen (60 ooien) ook nog 40 Herefords en 40 Schotse Hooglander koeien telt. Daarnaast heeft hij enkele paarden – ook voor natuurbegrazing - en een mobiele kippenstal. De eieren en het vlees verkoopt hij via de korte keten, in vleespakketten of aan lokale retailers. Naast de verkoop aan vooral locale horeca verdient hij ook nog geld met de verkoop van fokvee, in het geval van de schapen vooral aan particulieren.
Risicospreiding en blauwtong
De vakantiewoning voor acht personen bevindt zich op de zolderverdieping van een 19de eeuwse boerderij waar ooit het hooi opgeslagen werd. Risicospreiding was één van de motieven om te starten met hoevetoerisme, vertelt de 28-jarige Antwerpenaar. “De inkomsten van de ene activiteit kunnen tegenvallen, waardoor je nog op een andere activiteit kan terugvallen.”
Vorig jaar was de schapenhouderij hier een voorbeeld van. “Door blauwtong hebben we 20 van de 80 ooien verloren”, vertelt Devrieze die begin mei aan de laatste loodjes van het lammerseizoen bezig is.
Doordat het blauwtong virus ook de overlevers flink verzwakte, heeft Devrieze het dekseizoen met een maand uitgesteld. Ondanks deze maatregel ligt de lammerenproductie van zijn Engelse Texelaars dit jaar ver onder het gemiddelde van 2,8. “We mogen blij zijn als we op 2 uitkomen”, vertelt Devrieze die bij het lammerseizoen geassisteerd wordt door twee studenten diergeneeskunde van de Universiteit van Antwerpen.
Agrotoerisme in Scheldevallei
De veehouder was eerder dit voorjaar gastheer van het slotevenement van het project 'Verbreding van landbouwactiviteiten als hefboom voor toerisme in de Rupelstreek'. Rupelstreek is de regio rond Rumst en herbergt als onderdeel van de Scheldevalei tal van toeristische attracties.
Het project werd getrokken door de organisatie “Toerisme Rupelstreek” dat hiermee een nauwere samenwerking tussen landbouw en toerisme beoogde. “We zien dat landbouwbedrijven onder druk staan door onder andere klimaatverandering en verstedelijking, en daarom zoeken naar alternatieve verdienmodellen. Tegelijkertijd groeit de vraag van consumenten naar slow toerisme en een verbinding met de natuur. Hoevetoerisme kan een brug slaan tussen beide”, klinkt het.
Het project startte in april 2023 met een infosessie voor geïnteresseerde boeren uit de Rupelstreek. Later konden ondernemers hun ideeën voor toeristische hoeveactiviteiten pitchen. De vakantiewoning van Devrieze was één van de twee voorstellen die het meest kon bekoren. Zij ontvingen een startbudget en kregen in 2024 individuele begeleiding van Patrick Pasgang, specialist Korte Keten en landbouwverbreding bij de Vlaamse landbouworganisatie Boerenbond. Pasgang geeft in het kader bij dit artikel zijn vijf belangrijkste tips voor landbouwers met plannen om met hoevetoerisme te starten.
Vlaamse wetten anders dan Nederlandse
Onderdeel van het Vlaamse project was ook een inspiratiereis naar Nederland. Tijdens deze reis deed Devrieze de nodige inspiratie op bij collega boeren, maar hij benadrukt dat de Nederlandse voorbeelden vaak niet één op één te kopiëren zijn in Vlaanderen. “In Nederland hebben we bedrijven bezocht die maar 10 procent van hun inkomsten genereerden uit de landbouw. Dat zou in Vlaanderen niet mogelijk zijn. De landbouwactiviteit moet leidend zijn.”
Hij meent dat schapen een ideale combinatie met hoevetoerisme vormen. “Schapen zijn aaibaar en zeer in trek bij kinderen. “Je kunt kinderen veel makkelijker tussen de lammertjes zetten dan tussen de kalveren”, aldus de schapenhouder die de bezoekers wel in bedrijfseigen kleding hult om zo de bioveiligheid te waarborgen.
Potentiële klanten vleespakketten
De schapenhouder geeft aan dat er ook de nodige synergie is tussen de verschillende activiteiten op zijn bedrijf. “Zo krijgen we regelmatig vragen of we eens naar schapen mogen komen kijken. Dan wijs ik erop dat mensen ook bij ons kunnen overnachten. Ook in de verkoop van vleespakketten kan de vakantiewoning voor nieuwe klanten zorgen. ”
Een klein half jaar na de lancering van de zijn vakantiewoning kijkt de 28-jarige Antwerpenaar tevreden terug op de verbreding van zijn bedrijf die ook goed op de rest van zijn bedrijfsfilosofie aansluit. “Het geeft ook veel voldoening om kinderen en volwassenen blij te zien worden van een verblijft op de boerderij.” Door zijn extensieve manier van landbouw bedrijven en de verkoop van lokaal gekweekt vlees sluit de Vlaming aan bij het ideaalbeeld van de Vlaamse en ook Nederlandse overheid.
Nieuwkomer in de landbouw
Toch was het geen evidentie dat Devrieze actief zou worden in de landbouw. Zijn ouders waren beide niet actief in de landbouw. De zaadjes voor een landbouwcarrièrewaren waren
weliswaar op jonge leeftijd gezaaid. Uit interesse kocht hij op zestienjarige leeftijd een kudde schapen en later kwam daar ook nog vleesvee bij.
Na het afronden van zijn studie Agro- en Biotechnologie aan de hogeschool in Antwerpen verkocht hij zijn veestapel en vertrok naar Australië. Daar werkte hij op verschillende boerderijen en raakte de jongeling definitief verkocht aan het boerenmetier.” Na terugkomst pakte hij de veehouderij op en drie jaar geleden betrok hij een eigen locatie, een gewezen melkveebedrijf.
Zijn Australisch verleden klinkt door in de naam van zijn boerderij Sheela Farm. Deze naam is afgeleid van het Australische dialect Sheila. “Sheila is een ongelijk perfecte vrouw. Met SheelaFarm proberen we dit na te streven met het fokken van onze dieren. Een Sheila van een varken, schaap, paard of koe”, aldus de schapenhouder.
Natuurbegrazing en bij melkveehouders
Zijn paarden, koeien en schapen worden ingezet voor natuurbegrazing in de regio terwijl de schapen ook in het najaar en de winter ingehuurd worden door melkveehouders voor de begrazing van de groenbemester of om ervoor te zorgen dat het gras kort de winter ingaat.
De schapenhouder verzet zijn schapen om de week. Hierdoor ben is hij enerzijds verzekerd van kwalitatief, voedzaam voedsel voor de dieren. Anderzijds verkleint dit het risico op wormvorming bij de lammeren. “Het duurt zo’n twee tot vier weken voordat een eitje in de ontlasting zich ontwikkeld tot een worm. In de tussentijd is de schapenkudde al weer verplaatst”, vertelt hij.
Zijn schapen staan nagenoeg jaarrond in de weide. “Een week voor de aflammeringen worden de ooien naar binnengehaald en een week na aflammeringen gaan de lammeren de wei in”, aldus de Vlaming die de ooien tijdens het lammerseizoen voedt met eerste snede gras en spelt gerst om zo op krachten te komen.
Veel kwaliteitsvlees bij Engelse Texelaars
De bokken komen na zo’n zes maanden van het veld om vervolgens rechtstreeks naar het slachthuis te vertrekken. Een deel van het vlees verkoopt de Vlaming aan het slachthuis en een ander deel wordt in vleespakketten verkocht aan particulieren, andere hoeveboeren of lokale horecagelegenheden.
Voor de vleesverkoop op zijn bedrijf is het Engels-Texelse ras uiterst geschikt. “Er veel kwaliteitsvlees aan dit ras en klanten vragen vaak naar de kwalitatieve vleesstukken, zoals bijvoorbeeld het lamskroontje”, aldus de boer die ook het aflammergemak van het ras benadrukt. “Dit ras heeft minder grote hoofden, waardoor het lammeren makkelijker verloopt.”
Met de toevoeging van het hoevetoerisme aan zijn activiteiten, is Devrieze zijn bedrijfsontwikkeling voorlopig ten einde. Groeien in de schapenhouderij is in ieder geval
geen ambitie. “In de toekomst willen we wel nog de schapenstal renoveren en de asbestplaten verwijderen”, aldus de boer die zijn schapen tijdens het lammerseizoen huisvest op de oude bindstand van het voormalige melkveebedrijf.
Vijf tips voor boeren met interesse in hoevetoerisme
1. Start met de opmaak van je business model canvas : welke unieke ervaring wil je bieden: voor welke doelgroep en via welke weg ga je deze klanten bereiken ? Wat kan/wil jezelf en waar heb je hulp bij nodig. Win vooraf advies in. Ga eventueel te rade bij een collega landbouwer met een gelijkaardig aanbod.
2. Maak een concurrentieanalyse. Wie biedt er wat aan in mijn regio, waar kan je een unieke beleving bieden? De dienst Toerisme van de Provincie kan je hierbij mogelijk helpen.
3. Bespreek je plan vooraf met de lokale overheid en kijk hoe zij hier tegenover staat. Vraag waar ze je mee kunnen helpen. Denk aan vergunningen, promotie en/of subsidies.
4. Investeer in goede faciliteiten en duurzame materialen.
5. Communiceer duidelijk en transparant zodat je klant weten wat ze mogen/kunnen verwachten. Zorg voor een duidelijke website. Maak een marketingplan op via welke kanalen je je aanbod gaat / wil bekend maken.
Uit het Vlaamse agro-toerisme project waar schapenhouder David Devrieze mee deed, kwam ook de inspiratiegids ‘Boer zoekt toerist' voort, een 80 pagina’s tellend draaiboek voor landbouwers die actief willen worden in landbouwtoerisme. Het document bevat onder andere een stappenplan voor de opstart van hoevetoerisme en marketingtips. https://www.provincieantwerpen.be/content/dam/provant/dvt/TPA/newsfeed/Download%20de%20brochure%20'Boer%20zoekt%20Toerist'.pdf